Het kapitalisme ontstond tijdens de industrialisering

Het kapitalisme is een vorm van bestuur in een land. Kapitalisten zijn voor een vrije markt. Dat wil zeggen dat de inwoners van een kapitalistisch land vrij zijn in maken van prijzen van producten. Een fabriek mag dan bijvoorbeeld ook zelf bepalen hoeveel er van wat wordt gemaakt. Het tegenovergestelde hiervan is het communisme. Dit is ook een vorm van bestuur in een land, maar hierbij regelt de staat voor iedere fabriek wat en hoeveel er wordt gemaakt. Ze zijn eigendom van de staat. Het uitgangspunt van het kapitalisme is dat iedereen volledig eigenaar is van zijn of haar inkomen en bezit. Het streven naar een zo groot mogelijke winst van individuen is een belangrijke waarde van het kapitalisme en op dat gebied geldt volledige vrijheid. Volgens de kapitalistische ideologie heeft de staat geen enkele aanspraak op iemands (privé)bezit, het staat iedereen vrij zoveel mogelijk te produceren en de winst zelf te houden. Daarmee ontstaat een vrijemarkteconomie van vraag en aanbod. In het kapitalistische ideaalbeeld bepaalt de vraag het aanbod en is er van overproductie geen sprake. Kapitalisme leidde tot hebzucht.

De meeste kapitalistische staten, in ieder geval de westerse, zijn democratieën, met vrijheid en vrijheid van meningsuiting. Kapitalisme is voor Amerikanen niet zozeer een economisch model, maar vooral een manier om persoonlijke vrijheid – Life, Liberty and the pursuit of Happiness – te beschermen.

Het communisme daarentegen is geen democratie, verder is er geen vrijheid van meningsuiting, en er is geen vrijheid in het algemeen. Communisme is een dictatuur, wat precies het tegenovergestelde is van vrijheid, vrijheid van meningsuiting en democratie.

Maak jouw eigen website met JouwWeb