Hij heette liefkozend Little Boy maar de atoombom doodde wel in één klap 78.000 mensen.
De eerste atoombom werd op 6 augustus 1945 op de Japanse stad Hiroshima gegooid. De Amerikaan Paul Tibbets was de piloot die de atoombom naar de Japanse stad bracht.
Door de na-effecten van de bom werd het dodental bijna verdubbeld. Eind 1945 waren er ongeveer 140.000 mensen overleden.
Met het gooien van de atoombom wilde Amerika het einde van de Tweede Wereldoorlog bespoedigen. Gedurende de oorlog was in Amerika het zogenaamde Manhattan Project van start gegaan, een uitermate geheim project waarbij gewerkt werd aan de ontwikkeling van de atoombom.
Voor de Japanners zich hadden overgegeven gooiden de Amerikanen nog een bom. Drie dagen na de aanval op Hiroshima werd deze tweede atoombom op de Japanse stad Nagasaki geworpen. Deze bom kreeg de naam Fat Man. Aanvankelijk wilden de Amerikanen de bom op de stad Kokura gooien, maar door slecht weer werd uitgeweken naar Nagasaki. Kort na deze bom capituleerden de Japanners.
Amerikanen wilden de oorlog snel beëindigen en wierpen een atoombom om erger te voorkomen. Speelde er misschien meer? Sommige historici nemen aan dat de geallieerden stonden te trappelen om hun nieuwe bom te testen. De bom was mogelijk een middel om te intimideren. Dit middel was gericht tegen de Sovjet-Unie, vanwege het groeiende wantrouwen tussen beide wereldmachten, aan de vooravond van de Koude Oorlog. Dit wantrouwen ontstond toen de Sovjet-Unie niet alle afspraken nakwam die de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie hadden gemaakt bij de conferentie van Potsdam. De westerse geallieerden wilden laten zien waartoe ze in staat waren en over welke technologische en wetenschappelijke kennis ze beschikten.
Maak jouw eigen website met JouwWeb